donderdag 19 december 2013

Literatuurgeschiedenis



Rederijkersliteratuur

1.   Voor de rederijkers in Noord en Zuid was de Nederlandse taal een uitdaging. Noem twee voorbeelden die op deze pagina genoemd worden waaruit dat blijkt.
   ·   Rederijkers besteedden veel aandacht aan de vormgeving van hun teksten. Ze hadden er tal van uitdagende    regels voor.
   ·   Men ging ervan uit dat God orde in de schepping had aangebracht, van macroniveau tot op microniveau. De mens moest in de kunsten proberen deze goddelijke harmonie, deze perfecte verhoudingen te weerspiegelen.

2.   Waarom besteedden de rederijkers in hun werk zoveel aandacht aan het samenspel van inhoud en vorm?            Men ging ervan uit dat God orde in de schepping had aangebracht, van macroniveau tot op microniveau. De mens moest in de kunsten proberen deze goddelijke harmonie, deze perfecte verhoudingen te weerspiegelen in inhoud en vorm.         3.   Lees de themapagina’s ‘Leven en sterven voor het geloof’ en ‘De geschiedenis in een notendop’.           
 a. Bedenk twee thema’s voor een zeventiende-eeuws landjuweel.                
 - Geloof.                - Liefde.  
 b. Aan welke eisen voor de vormgeving moeten de inzendingen voldoen?                 - Het moet rijmen.                
 - Er moeten herhalingen gebruikt worden.  
 c. Welke thema’s kunnen tegenwoordig centraal staan bij een dergelijke wedstrijd, bijvoorbeeld een  poetry slam? Motiveer je antwoord.                 
Liefde, oorlog, discriminatie, etc. Deze onderwerpen zijn nu zeer actueel. 

Gouden tijden

1    a. Waar hadden de zeventiende-eeuwers het begrip ‘Gouden Eeuw’ vandaan?Zij dachten bij die term in de eerste plaats aan een tekst uit de klassieke Latijnse literatuur die ieder ontwikkeld persoon ooit wel eens had gelezen: het begin van de Metamorfosen van de Romeinse auteur Ovidius. Ovidius vertelt het scheppingsverhaal zoals de Romeinen het kenden rond het begin van de christelijke jaartelling. Als uit de vier elementen vuur, lucht, aarde en water het heelal en de wereld zijn gevormd, en de mens is geschapen als hoogste van de levende wezens, ontstaat een ‘aurea aetas’ (= een gouden tijd van harmonie). 

b. Welke twee betekenissen kent het begrip ‘Gouden Eeuw’?-   De term vermeld bij vraag 1a.-   De 17e eeuw waarin in Nederland zeer welvarend was.
c. Noem twee redenen waarom deze eeuw als de ‘Gouden’ eeuw wordt aangeduid.-    -  In de zeventiende eeuw beschikte de Republiek der Verenigde Nederlanden over enormemateriële rijkdommen.             
   -    In de Gouden Eeuw glansde en schitterde de Nederlandse cultuur op wereldniveau.

2     Noem minimaal vijf redenen waardoor de zeventiende-eeuwse Noord-Nederlandse Republiek zo welvarend kon worden.              
 -   De natuurlijke ligging aan waterroutes.              
  -   Wereldwijde handelscontacten.              
  -   Een geavanceerde scheepsbouw.           
  -   De combinatie van vruchtbaar platteland met geïndustrialiseerde steden.             
  -   De relatieve zwakte van andere Europese staten.

3    Lees het gedicht van Jacob Cats op deze pagina (‘Zo wie maar eens betreedt de ring van onze kusten’) nog eens goed. Welke rol spelen de vier elementen voor de Noord-Nederlandse Republiek in dit gedicht? Geef in je antwoord voorbeelden uit Cats’ tekst.-       
   de ring van onze kusten’ = de natuurlijke ligging aan waterroutes.
-          ‘ons verre land’ = de koloniën.

Liefde in woord en beeld
1     Waarom staan emblemen bekend als een activerende vorm van literatuur?      In dit genre worden woord en beeld gecombineerd en komen meestal drie onderdelen voor: een afbeelding, een éénregelige tekst en een langer onderschrift in poëzie of proza. De lezer moet deze drie combineren om de bedoeling van het embleem (letterlijk: het afdruksel, dat een betekenis in zich heeft) te doorgronden.
2    
Lees de schrijverspagina ‘Jacob Cats en Adriaen Poirters – twee geloven, één doel’. Hier zie je een van de emblemen uit Poirters’ bundel Het masker van de wereld afgetrokken.a. Beschrijf wat er op de pictura gebeurt en wat de teksten betekenen.  Een moeder aap die haar baby aapje vasthoudt. De tekst betekent dat je je dierbaren lief moet hebben en niet moet weg duwen. 
b. Welke boodschap wil Poirters met dit embleem geven?Wees goed voor elkaar en zaai geen haat. 

Revolutie in de Nederlandse literatuur
1 Beschrijf waaruit de revolutie in de Nederlandse literatuur na 1550 bestond. Betrek in je beschrijving in elk geval de termen renaissance, imitatio en sonnet en leg ze uit.
Na 1550 kwam er een periode met de naam 'Renaissance', letterlijk vertaald als 'wedergeboorte'. In deze tijd was er veel sprake van imitatio, er werden namelijk veel sonnetten geschreven die bijna allemaal werden gemaakt met behulp van nabootsing.

2 Op de startpagina van de DBNL vind je in de rubriek ‘Nieuwe gedichten’ sonnetten uit de 21ste eeuw.
a.       Kies er een uit en beschrijf kort de inhoud. 
Ik heb gekozen voor dit gedicht:Groot en rond zijn de woordenmaar liever niet als de maandie ijle braakbal van elke dichterJulio rookte een Cubaanse sigaarmet een vlak en peinzend gelaaten de liefde was wederzijdsnet als het politieke geweldwaarvoor hij was gevlucht ik van mijn kantoogde fragiel als een splinter glasen de hiel waaruit het bloedniet stroomt en ik liet me opvissendoor zijn gulle bliktienduizend euro om alle gemaakteschulden af te lossen en nog eens tienduizendom over de balk te gooienhet bekken van een vrouwals de capsule van major Tomwaar men zich van de roetzwarte lastvan de wereld wit kan wassentot men doorzichtig als een engel van zijdeover alle grenzen heen is geleden
Els MoorsDit sonnet gaat over een man die een vrouw inpalmt en de vrouw trapt daarin.
b.       Vergelijk het gekozen sonnet met dat van Van der Noot op deze pagina. Voldoen deze twee sonnetten aan de algemene regels voor inhoud en vorm die op deze pagina voor de renaissance gegeven worden? Geef argumenten voor je antwoord.De twee sonnetten hebben allebei een thema wat draait om liefde. Hierbij worden de algemene regels opgevolgd en het rijmschema klopt, net als de indeling en het aantal regels.

Pieter Corneliszoon Hooft, de elegante intellectueel
1. Wat waren de belangrijkste ideeën die Hooft met zijn werk wilde uitdragen? Noem er drie.Hij wilde graag een modernisering van de Nederlandse cultuur. Dit moest gebeuren door de literatuur te bestuderen van de oudheden. Daarnaast probeerde hij zo veel mogelijk liefde en drama in zijn stukken te verwerken. Hij had zelf een goed liefdeleven en dus leek dit redelijk makkelijk te gaan. Toch stopte hij veel energie in zijn werken. Hij verzon zelf woorden en maakte hele lange zinnen.
2. Lees het Deuntje, op deze pagina, dat begint met ‘Als Jan Sijbrecht zou belezen’.a. Omschrijf kort (in maximaal 100 woorden) de rol van Jan en de rol van Sijbrecht in dit lied.Jan is de man die verliefd is op Sijbrecht, maar Sijbrecht gelooft hier niet helemaal in. Ze vraagt hem of hij echt van haar houdt. Toch probeert ze hem te overtuigen van hun liefde door met hem te trouwen. Beiden betwijfelen hun huwelijk wel eens, maar dan overtuigen ze elkaar met de zin 'Echte liefde kan niet vergaan'.
b. Leg uit wat Jan en Sijbrecht bedoelen met de refreinregel ‘Reine liefd’ kan niet vergaan’. Zoals ik hierboven al zei, betekent het dat hun liefde niet kan vergaan, omdat het echte liefde is.
3. Ga naar http://home.hetnet.nl/~corpetrus/dichters/FrancescoPetrarca.htm en lees sonnet 134 en sonnet 292  a. Vergelijk deze sonnetten met ‘Mijn lief, mijn lief, mijn lief’ van P.C. Hooft, dat in het Terzijde bij deze pagina (Hooft op vrijersvoeten) is opgenomen). Zie je overeenkomsten of verschillen?
Ik zie voornamelijk verschillen, omdat er bijvoorbeeld geen refreinregel is die zich steeds herhaalt. Daarnaast is het werk van Hooft geschreven in twee perspectieven; die van de man en die van de vrouw. Bij de bovenstaande sonnetten is de liefde maar van één kant beschreven. Daarom vind ik dat er weinig overeenkomsten zijn tussen de sonnetten en 'Mijn lief'.
b. Voldoen de sonnetten aan de algemene regels die op de literatuurgeschiedenis pagina ‘Revolutie in de Nederlandse literatuur’ gegeven worden? Geef argumenten voor je antwoord.De sonnetten voldoen volgens mij aan de algemene regels, namelijk door het rijmschema en een onverwachte wending.    
   
     Aardse paradijzen
1. De zeventiende-eeuwse hofdichten zijn een teken van de rijkdom en welvaart in de Noord-Nederlandse Republiek. Waarom is dit zo? De hofdichten gaan over grote gebouwen en buitenplaatsen, waarmee de eigenaar graag wilde opscheppen. Daarom kwamen verscheidene dichters naar deze gebieden, om er gedichten en liederen over te schrijven.
2. Welke rol speelt de natuur in deze gedichten? De natuur krijgt een diepere betekenis in de gedichten, omdat dichters de omgeving gaan gebruiken als omschrijving van het huis.
3. Ga naar de website van Huygensmuseum Hofwijck (www.hofwijck.nl).a. Zoek meer informatie over de huidige situatie van Huygens’ buitenhuis en de tuin (maximaal 150 woorden).Tegenwoordig wordt het buitenhuis gebruikt als museum. Hierbij zijn verschillende rondleidingen, workshops en onderwijsmogelijkheden. Studenten kunnen hier terecht voor de geschiedenis van dit huis. Ook zijn er concerten, lezingen en nog veel meer activiteiten. Het huis wordt dus zeer nuttig gebruikt.b. Zoek via internet op wat er geworden is van de buitens Ockenburg en Sorghvliet.De Sorghvliet bestaat nog steeds en is nu de ambtswoning van de Premier. Ockenburg bestaat ook nog steeds en is nu een prachtig landgoed. Er bevindt zich ook een klein vliegveld, met dezelfde naam.c. Wat is je conclusie als je de gegevens vergelijkt?Mijn conclusie is dat oude woningen en tuinen waar vroeger belangrijke mensen in woonden, vaak nog steeds bestaan en musea of monumenten zijn geworden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten